De Goede Herder
Het beeld van de Goede Herder is een van de drie beelden bij de Sint Antoniuskerk, aan de Beersdalweg in de Vrank. Dit stenen beeld met een hoogte van 1.80m staat op een stenen sokkel, tegenover de kerk, die in 1930 ingezegend werd. Bij het beeld van Sint Antonius is meer te lezen over deze kerk.
De parochie is intussen samengevoegd met die van Heksenberg: Gerardus Majella, zie ook 't Berbke.
Wie het beeld gemaakt heeft heb ik nog niet kunnen achterhalen.
Jezus, die de goede herder is, heeft een lammetje op zijn arm, een schaap aan zijn voeten.
De Goede Herder, het verhaal
Het verhaal van De Goede Herder en de schapen, Hoofdstuk 10, vs: 1-16
“Voorwaar, voorwaar. Ik zeg u: wie niet door de deur, maar langs een andere weg de schaapskooi binnengaat, hij is ene dief en een rover. Maar wie de deur binnengaat, is de herder van de schapen. Hem doet de deurwachter open. De schapen luisteren naar zijn stem; hij roept zijn schapen bij hun naam en leidt ze naar buiten. En als hij al zijn schapen naar buiten heeft gebracht, trekt hij voor hen uit, terwijl zij hem volgen, omdat zij zijn stem kennen. Een vreemde echter zullen ze niet volgen; integendeel, zij zullen van hem wegvluchten, omdat ze de stem van vreemden niet kennen.”
Deze gelijkenis vertelde Jezus hun, maar zij begrepen niet wat hij wilde zeggen.
Een andere keer zei Jezus tot hen: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ik ben de deur van de schapen. Allen die vóór Mij zijn gekomen, zijn dieven en rovers, maar de schapen hebben niet naar hen geluisterd. Ik ben de deur. Als iemand door mij binnengaat, zal hij worden gered: hij zal in- en uitgaan en weide vinden. De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en te vernietigen. Ik ben gekomen, opdat zij leven zouden bezitten, en wel in overvloed.
Ik ben de goede herder. De goede herder geeft zijn leven voor zijn schapen. Maar de huurling, die geen herder is en geen eigenaar van de schapen, ziet de wolf aankomen, laat de schapen in de steek en vlucht weg; de wolf rooft ze en jaagt ze uiteen. Hij is dan ook maar een huurling en heeft geen hart voor de schapen. Ik ben de goede herder: Ik ken de mijnen en de mijnen kennen Mij zoals de Vader Mij kent en Ik de vader ken. Ik geef mijn leven voor de schapen. Ik heb nog andere schapen, die niet in de schaapsstal zijn. Ook die moet ik leiden en zij zullen naar mijn stem luisteren en het zal worden: één kudde, één herder.”
Antonius van Padua was boeteprediker, werd geboren in Lissabon en trok door Italië vanaf 1230. Een jaar na zijn overlijden in 1231 werd hij heilig verklaard. Hij wordt aangeroepen als wonderdoener en om verloren voorwerpen terug te vinden: Heilige Antonius beste vrind, zorg dat ik … weer terug vind.”
Een mooie pagina over Sint Antonius is te vinden op pylgeralmanak.nl
In het Oude Testament spreken de profeten de koningen van Israël en Juda er op aan dat zij niet goed voor hun onderdanen zorgen.
Ze zijn geroepen om het volk van God te leiden als een herder maar ze brengen daar weinig van terecht. God waarschuwt hen door middel van zijn profeten. Ze brengen ook een andere boodschap: een belofte. Er zal Iemand komen die Gods volk zal redden.
Deze Redder zal de Messias zijn. Jezus is die Goede Herder.
Foto's: Leonie Robroek